Noodmaatregel om Leuvenumse beek nat te houden
In de Leuvenumse beek is een noodmaatregel getroffen in samenwerking met het Waterschap Vallei en Veluwe. Door extreme droogte dreigt de beek droog te vallen. Door een tijdelijke stuw te plaatsen, blijft in ieder geval in een deel van de beek water staan.
In de eerste week van augustus is in samenwerking met het Waterschap Vallei en Veluwe besloten om een noodmaatregel te treffen in de Leuvenumse beek, net als in de afgelopen twee zomers. Door de droogte dreigen grote delen van de beek droog te vallen. Om ernstige schade aan het waterleven te voorkomen, is als noodmaatregel bij de vertakking van de beek een tijdelijke stuw van zandzakken aangebracht.
Waterdieren redden
Deze stuw verdeelt het weinige water wat nog door de beek stroomt, zodat de meest kwetsbare en waardevolle plekken nog zo lang mogelijk water ontvangen. Hierdoor kunnen waterdiertjes en vissen in de beek gedurende de extreem droge tijd overleven. De vissen in het traject met de minste watertoevoer zijn verplaatst naar de plekken in de beek waar deze niet droogvalt.
Droogte en de Leuvenumse beek
De Leuvenumse beek is ruim 28 kilometer lang en ontspringt in Uddel. Hij stroomt door het uitgestrekte bosgebied van Natuurmonumenten, de Leuvenumse bossen, en mondt uit in het Veluwemeer. Helemaal voorkomen dat delen droogvallen kunnen én willen we niet; het hoort bij het karakter van de beek en het gebied dat er soms voor een korte periode delen droogvallen. Maar in 2018 en 2019 hebben we te maken gehad met extreme droogte. De Leuvenumse beek viel beide jaren gedurende meerdere maanden over enkele kilometers droog. Het neerslagtekort heeft gezorgd voor een flinke daling in de grondwaterstanden en dit tekort is nog niet aangevuld. We hebben dus te maken met een bestaand tekort en ook dit jaar is er weer relatief weinig neerslag en zijn er hoge temperaturen. De gevolgen van het droogvallen van delen van de beek door de aanhoudende droogte zijn in de eerdere jaren onderzocht. De beekprik, een vissoort is een van de extreem zeldzame soorten in dit beeksysteem die door langdurige droogval dreigen te verdwijnen. De voorlopige resultaten tonen erg negatieve effecten op de waterdiertjes zichtbaar van de droogval ten opzichte van de delen waar er water door de beek is blijven stromen.
Klimaatbuffer houdt water beter vast
Door klimaatverandering zullen periodes van extreme droogte én periodes van extreme neerslag vaker voorkomen. Door een gebied ‘klimaatbestendig’ te maken bereiden we de natuur en de omgeving voor op deze periodes. Daarom zijn aan de Leuvenumse beek de afgelopen jaren in samenwerking met Waterschap Vallei en Veluwe herstelmaatregelen uitgevoerd. In de beek hebben we bijvoorbeeld dode bomen en oude takken neergelegd. Dat zorgt ervoor dat de hoge dynamiek in stroomsnelheid is afgenomen. De vele verschillende kleine waterdiertjes vinden er hun plek om te schuilen, voedsel te zoeken en zich voort te planten. Met extra zand uit de directe omgeving hebben we de diep uitgesleten beek bovendien ondieper gemaakt, zodat hij bij veel regen buiten zijn oevers treedt. Zo komt er wel 80 hectare bos tijdelijk onder water te staan. Als gevolg hiervan ontstaan er bijzondere kruidenrijke velden in het stroomdal van de beek.
Beek in ontwikkeling
De maatregelen zijn enkele jaren geleden afgerond. De beek wordt steeds robuuster en natuurlijker, maar is nog wel ‘in ontwikkeling’. Door de aanwezigheid van het hout in de beek en bijvoorbeeld de verdere ontwikkeling van waterplanten zal de stroomsnelheid verder afnemen waardoor het water op een natuurlijke manier langer vast gehouden wordt. Daardoor zal hij in de toekomst minder snel droogvallen onder deze extreme omstandigheden.