Wilde bloemen in het Buurserzand

Kwetsbare driehoeksverhouding

Loop je een wandelroute door het Buurserzand, dan kom je vast de klokjesgentiaan een keer tegen. Het is even zoeken, maar eenmaal gevonden zie je ze ineens op meer plekken. Alleen op de vochtige stukken van het Buurserzand zul je deze plant aantreffen tussen dopheide, zonnedauw en beenbreek. In de zomermaanden is de klokjesgentiaan goed te herkennen aan zijn felblauwe bloemen. Die trekken ook het gentiaanblauwtje aan. Deze vlinder legt zijn eitjes enkel en alleen op de klokjesgentiaan; het voedsel voor de rupsen. Eenmaal volgevreten laat de rups zich vallen in de hoop een lift te krijgen naar een nest van de steekmier. Dat doen mieren maar al te graag, want de rups scheidt een aantrekkelijke, mierzoete stof uit. In het mierennest wordt de rups goed verzorgd en verpopt hij zich tot vlinder. Dan is het een kwestie van snel naar buiten, voordat de mieren hem te grazen nemen.

De driehoeksverhouding van plant, vlinder en mier is kwetsbaar. Mist er een schakel, dan valt de rest in duigen. Dat willen we natuurlijk niet en we doen er dan ook alles aan om de natte heide te houden, want alleen daar kan klokjesgentiaan groeien.

Beenbreek

Onder de wilde bloemen in het Buurserzand vinden we ook de mooi geel bloeiende beenbreek. Ze kleuren in het voorjaar de overs van het Buursermeertje. Ze dachten vroeger dat deze plant botbreuken bij met name schapen veroorzaakte. Deze plant houdt van een  zure bodem waar niet of nauwelijks kalk in zit, terwijl kalk nodig is voor een stevig skelet. Ook groeit beenbreek op vochtige bodems waarin vee gemakkelijk wegzakt.

Vleesetende zonnedauw

Een minuscuul rood plantje ...  zonnedauw lokt, vangt en verteert insecten door een glinsterende, kleverige substantie aan diens tentakeltjes. De prooi is voeding voor de plant. De schrale grond in het Rietschot, Buurserzand is de ideale plek voor dit plantje.